Perspectief, nr 4, december 2017
PERSPECTIEF MAGAZINE VERENIGING AANDEELHOUDERS STADION FEIJENOORD N.V. 123 COLUMN RENÉ DE MONCHY In 1947 zorgde toenmalig Minister President Drees, middels een noodwet, voor de invoering van ons staatspensioen. Dat is dit jaar zeventig jaar geleden. Elke Nederlander had vanaf dat jaar na zijn 65ste verjaardag recht op pensioengeld van de overheid. Vanaf dat jaar werd beter dan ooit bijgehouden hoeveel geboortes er waren, zodat goed berekend kon worden hoeveel van hen tientallen jaren later recht hadden op AOW. Natuurlijk dienden zich in de loop der jaren veranderingen aan, waardoor de verwachtingen bijgesteld dienden te worden. Zo werd bijvoorbeeld de medische zorg in de loop der jaren verbeterd, er kwamen nieuwe Nederlanders bij die recht kregen op pensioen en er werden gunstige spaarregelingen ingevoerd en weer afgeschaft. Maar feit blijft dat burgers, bedrijven en overheid tientallen jaren de tijd hebben gehad om het pensioengebouw van zeventig jaar oud, te vernieuwen. Toch werd het bedenken en uitvoeren van nieuwe plannen jarenlang uitgesteld. Dat zelfde lijkt het geval bij de vernieuwing van het Feyenoord Stadion en het eeuwige zitrecht van een deel van de aandeelhouders. Bij de oplevering van het stadion in 1937, was al direct duidelijk dat het thuishonk voor de voetbalclub niet het eeuwige leven zou hebben. Dat is dit jaar 80 jaar geleden. Waar bedrijven hun machines al vanaf dag één afschrijven om zo niet voor onverwachtheden komen te staan, heeft de leiding van de Kuip vele tientallen jaren verzuimd om tijdig na te denken over een nieuw stadion. Natuurlijk dienden zich in de loop der jaren veranderingen aan, waardoor de verwachtingen bijgesteld dienden te worden ten aanzien van het stadion. Zo ontwikkelden popconcerten zich tot stadion-evenementen, TV- uitzendingen werden belangrijker en er ontstonden multifunctionele stadions. Toch groeide bij bestuurders pas het besef dat er een nieuwe Kuip moest komen, nadat voetbalclub Feyenoord, de bezoekers, de KNVB, de UEFA, concertorganisatoren en andere belanghebbenden klachten lieten horen (of zelfs wegbleven). Als financieel-economisch journalist heb ik in mijn loopbaan voldoende bedrijven in de problemen zien komen door dergelijk afwáchtend beleid van bestuurders. Het is dan ook niet verwonderlijk dat de komst van een nieuw stadion met zo veel hobbels en gedoe gepaard gaat. Het afwachtgedrag van het bestuur is het afgelopen decennium overigens niet alleen zichtbaar geworden in de planning voor de bouw van een nieuwe Kuip. Het is zo mogelijk nog duidelijker zichtbaar geworden door het gebrek aan plannen rondom de aandeelhouders met het vaste zitrecht. Want net zoals de stalen constructie, het beton, de grasmat, de kuipstoeltjes of de verhuurbare ruimtes wist iedereen tachtig jaar geleden al dat er in de Kuip een eeuwig zitrecht was vergeven --ongeacht wat een ieder van dat recht moge vinden. Toch werd het bedenken en uitvoeren van nieuwe plannen rondom het zitrecht jarenlang uitgesteld. Terwijl de Kuip tien jaar ouder is dan ons pensioenstelsel, moeten de aandeelhouders nog steeds wachten op een verhuizing naar de nieuwe Kuip. Ik hoop dat u en ik het nog voor het ingaan van míjn pensioen, mogen meemaken. COLUMN RENÉ DE MONCHY
Made with FlippingBook
RkJQdWJsaXNoZXIy ODM1NjU=